29 april 2019

Gaan natuurcompensatie en agrarisch natuurbeheer samen?

Gaan natuurcompensatie en agrarisch natuurbeheer samen?

Als het aan de SGP ligt wel en daarom had de partij hierover Schriftelijke vragen ingediend. Gedeputeerde Staten (GS) geven in hun reactie aan dat er in Gelderland geen geld op de plank blijft liggen dat bestemd is voor natuurcompensatie. Verder geeft GS aan dat de middelen voor natuurcompensatie niet ingezet zullen worden voor agrarisch natuurbeheer. Het college houdt zich aan de realisatie van de gemaakte afspraken in het Gelders Natuur Netwerk (GNN). Bovendien geeft zij aan dat met agrarisch natuurbeheer de bestemming agrarisch blijft en er dan geen garantie is dat het natuur blijft.

Lees hier verder voor de volledige tekst van de Statenvragen en antwoorden:

Antwoord op Statenvragen PS 2019-195

Beantwoording schriftelijke Statenvragen statenlid B. Wijnne
SGP over Natuurcompensatie en biodiversiteit

Ingevolge het bepaalde in artikel 39 van het Reglement van Orde Provinciale Staten van Gelderland 2017 doen wij u hieronder het antwoord van ons college op de vragen van B. Wijnne toekomen.

Inleiding van de vragensteller:

De SGP-fractie van de Tweede Kamer heeft onlangs een voorstel ingediend bij minister Schouten (LNV) om de inspanningen voor het Deltaplan Biodiversiteit te combineren met die voor agrarische natuurcompensatie. De voortgang van natuurherstel in Nederland verloopt moeizaam. Er is te weinig samenhang in de maatregelen die genomen worden. Ook blijft er geld op de plank liggen, omdat het aankopen van gronden moeizaam verloopt.
De SGP pleit ervoor om meer samenhang aan te brengen: meer inzet op verbetering van de natuurkwaliteit en de biodiversiteit waar dat het meest nodig is, zoals meer biodiversiteit op landbouwgronden. Akkerranden kunnen bijvoorbeeld de noodzakelijke ‘stepping stones’ tussen natuurgebieden vormen. Deze akkerranden dragen tegelijkertijd bij aan Functionele Agrobiodiversiteit en emissiereductie. De in het Deltaplan voorgestelde Biodiversiteitsmonitor kan benut worden om ervoor te zorgen dat sprake blijft van volwaardige natuurcompensatie.
Het voorstel betreft overigens alleen compensatie in het kader van het Natuurnetwerk Nederland en niet de compensatie voor aantasting van natuurwaarden die onder het Natura 2000 beschermingsregime vallen. Daarvoor gelden aparte, strengere en Europees gereguleerde eisen.
SGP: voeg de doelen en budgetten samen met de doelen uit het Deltaplan Biodiversiteit herstel, dan kunnen we van één plus één drie maken. De vraag is of aankoop van grond wel altijd nodig is of dat agrarisch natuurbeheer een oplossing kan zijn. Met akkerranden kun je ook natuurgebieden verbinden en dat kan bijdragen aan een beter verdienmodel voor boeren. De SGP stelt voor hiermee te experimenteren.

Vragen

Gezien bovenstaande hebben we als SGP een aantal vragen:

 

  • Vraag 1: Is het ook in Gelderland zo dat er geld bestemd voor natuur ‘op de plank blijft liggen’? Zo ja hoeveel is dat op jaarbasis?

    Antwoord: Nee, gelden voor natuurcompensatie worden aan natuurcompensatie besteed. Wanneer er -binnen de voorwaarden van de omgevingsverordening- aantasting van het Gelders Natuur Netwerk (GNN) plaatsvindt, dan is compensatie van het GNN verplicht. De initiatiefnemer kan er voor kiezen om financieel te compenseren. Hij betaalt dan een bedrag aan de provincie. De provincie gebruikt dit geld om de voorfinanciering van compensatiepools af te lossen. De provincie richt namelijk natuurgebieden als compensatiepool in en financiert dat voor (PS 2018-197). Het gaat om 4 a 5 locaties van 10-15 hectare.

    Ook voor het realiseren van het GNN worden de beschikbare gelden benut. Wij hebben voor de periode 2011-2025 een opgave van 8414 ha nieuwe natuur (ingericht). Wij liggen goed op schema met het realiseren van nieuwe natuur. De financiële middelen hiervoor zijn gereserveerd in de Reserve natuurterreinen. Pas in 2025 kunnen wij constateren of er geld voor de ontwikkeling van nieuwe natuur overblijft.

  • Vraag 2: Bent u met ons van mening dat beschikbare gelden mogelijk effectiever ingezet kunnen worden als niet wordt overgegaan tot aankoop van gronden maar meer tot agrarisch natuurbeheer, waarbij ook bescherming en herontwikkeling van landschapselementen aandacht kunnen krijgen?

    Antwoord: Nee. Met de compensatiepools wordt nieuwe natuur aangelegd die in de plaats komt van natuur die een andere bestemming heeft gekregen. Daarmee blijft de totale oppervlakte van het GNN in stand.

    Dit is een verplichting uit het Besluit Algemene Regels Ruimtelijke Ordening (BARRO) die hoort bij de Wet op de Ruimtelijke Ordening en die wij in onze Omgevingsverordening hebben vertaald. Op grond van het BARRO moet voor iedere hectare GNN die verdwijnt, er eén voor terugkomen. Met agrarisch natuurbeheer blijft de bestemming agrarisch en hebben wij niet de garantie dat het natuur blijft.

  • Vraag 3: Ziet uw college hierin met ons mogelijkheden tot stimulering van biodiversiteit in bepaalde gebieden?

    Antwoord: Wij stimuleren de verbetering van de biodiversiteit buiten natuurgebieden, zoals in het agrarisch gebied, in stedelijk gebied en langs wegen en waterlopen. In het agrarisch gebied zetten wij in op agrarisch natuurbeheer via de collectieven van agrarische natuurverenigingen. Ook bevorderen wij de ontwikkeling van natuurinclusieve landbouw met een tenderregeling voor kennisontwikkeling. Daarnaast zijn er gebieden waar we natuurinclusieve landbouw stimuleren, zoals natuurinclusieve landbouw rond natuurgebieden van Natuurmonumenten en bij de landgoederen Gerven en Hell bij Nijkerk. We inventariseren op dit moment in een aantal gebieden of boeren belangstelling hebben voor het concept “Boeren voor natuur”. Hierbij gaan natuur en landbouw samen door middel van een extensief bedrijfssysteem.

  • Vraag 4: Is uw college bereid te experimenteren met de inzet van middelen op deze wijze?

    Antwoord: Nee, we gaan niet onze middelen voor natuurcompensatie inzetten voor agrarisch natuurbeheer.

    Ons college blijft met overgave werken aan de bescherming en de realisatie van het Gelders Natuur Netwerk (GNN). Dat hebben we met het Rijk afgesproken in het Natuurpact. Daarnaast zetten wij in op agrarisch natuurbeheer en op de ontwikkeling van natuurinclusieve landbouw.

  • Vraag 5: Is uw college bereid deze gedachte ook in IPO verband uit te dragen?

    Antwoord: Wij spreken regelmatig in IPO-verband over het realiseren van het Natuur Netwerk Nederland, agrarisch natuurbeheer en het bevorderen van natuurinclusieve landbouw.Wij dragen uw gedachte daar niet uit omdat er in Gelderland de compensatiegelden bij ons benut worden. Wij zijn gehouden om de oppervlakte GNN in stand te houden. Dat zou met de door u geschetste besteding niet gebeuren.

 

Gedeputeerde Staten van Gelderland
John Berends - Commissaris van de Koning
Pieter Hilhorst - secretaris